Tegenover Bénodet: Sainte-Marine
Sainte-Marine
Sainte-Marine: uitzicht op de Odet
Sainte-Marine
ligt aan de ingang van een ría (in het bretons: aber), de ría van de Odet. In de Middeleeuwen was
Sainte-Marine een haven gespecialiseerd in de transport van wijnen uit Bordeaux
en Saintonge naar het kanaal en de noordzee. Dit vissersdorp bestond in de 15e
eeuw uit een twintigtal families. Het is vandaag een badplaats en heeft een
jachthaven. Met een veerboot kan men hedendaags in de zomer de Odet over om van
Sainte-Marine naar Bénodet te gaan.
Sainte-Marine en de Abri du Marin
De Abri du Marin (schuilplaats van de
zeeman) van Sainte-Marine, herkenbaar door zijn roze gevel, is altijd een
gemeenschappelijke plaats voor de plaatselijke bevolking geweest
(zeevaartkundelessen, biblioteek, vergader- en expositiezaal, maaltijden,
voorstellingen...). Het is vandaag weer open voor het publiek in de vorm van
een museum. Het project heeft haar culturele en maritieme roeping behouden door
een expositie van Jacques de Thézac en de oeuvre van de ‘Abris du Marin’ voor
te stellen. Deze plaats van herinnering heeft zijn ziel behouden en de stijl
van 1910, toen het voor het eerst werd geopent, behouden.
Sainte-Marine: uitzicht op Bénodet
Sainte-Marine ligt tegenover Bénodet
in Zuid Finistère. Je kunt er via de Cornouaille brug heen of in de zomer met
de veerboot.
De vuurtoren van Sainte-Marine
De vuurtoren van Sainte-Marine staat op de
pointe de Combrit, dicht bij het fort. Hij staat bij de riviermond van de Odet
en wordt “feu de Combrit” (vuur van Combrit) genoemd. De bouw van de vuurtoren
vond plaats in 1885: een vast wit licht op een vierkante toren. In 1943 werd
het geëlektrificeerd en in 1944 beschadigd door de duitse troepen. Samen met de
vuurtoren van Bénodet vormt het in het noorden een positielijn dankzij hetgeen
men makkelijk bij een ankerplaats kan komen bij deze haven.
Île-Tudy
De naam Île-Tudy komt van een kerkje dat in de 14e eeuw gebouwd werd ter ere van Sint Tudy. Île-Tudy is een verkaveling van de vroegere parochie van Combrit dat voorheen bij het bisdom van Cornouaille hoorde. Na de bouw van een dijk in 1853 werd het een schiereiland. Île-Tudy hoorde bij de belangrijkste vissershavens van de Finistère. Nu een badplaats, het ontvangt 8000 toeristen in de zomer.
Pont L’Abbé
Pont L’Abbé is de historische hoofdstad van de Pays Bigouden en de stad die historisch het belangrijkste van de regio is. De monniken van Loctudy zitten achter de bouw van deze stad. In het kasteel van Pont L’Abbé, dat in de 13e eeuw op een strategisch punt werd neergezet, staan nu het gemeentehuis en het “musée bigouden”. Gevestigd in de slottoren van het kasteel, tentoonstelt het museum een belangrijke verzameling klederdracht, kanten mutsen en meubilair typisch uit de pays bigouden.
Loctudy
Loctudy dankt zijn naam aan de monnik Tudy, gekomen uit Groot-Brittanië. Hij vluchtte zijn land dat door de saxen werd bezet en richtte er rond het jaar 450 een kluizenarij. In de 11e eeuw vestigde zich een nieuw en talrijk gemeenschap gelovigen dat een abdijkerk neerzette. Dit werd een keerpunt voor de ontwikkeling van de agglomeratie. Na de tweede wereldoorlog verzwakt de landbouw dus gaat het gemeenschap over naar de visserij. Loctudy is een van de belangrijkste havens van de pays bigouden geworden, voor de visserij en voor diverse activiteiten op zee.